Mevrouw Jansen woont tweehoog en wordt slecht ter been.
Zij wil daarom gaan verhuizen naar een appartement op de begane grond. Het appartement dat zij heeft gevonden, is een stuk kleiner dan dat wat zij nu heeft. Zij zal dus afscheid moeten nemen van een deel van haar spullen en meubels. Tevens wil zij in haar nieuwe omgeving kennismaken met mogelijkheden om s' avonds samen met anderen te kunnen eten. Mevrouw Jansen wil graag samen met iemand bovenstaande situatie aanpakken.
Een MATS-er bezoekt mevrouw en maakt samen met haar een verhuisplannetje. In dit plan staat welke spullen mevrouw wil houden en welke weg kunnen. Tevens geeft de MATS-er mogelijkheden aan waar de spullen naartoe kunnen (kringloop, rommelmarkt, opkoper etc).
De MATS-er onderzoekt met mevrouw de sociale kaart van haar nieuwe woonomgeving naar voorzieningen om met anderen te eten. Ze komen uit bij een wijkcentrum waar Resto van Harte 2x per week maaltijden aanbiedt. Omdat mevrouw het moeilijk vindt om hier alleen naar toe te gaan, gaat de MATS-er de eerste keer met haar mee.
Meneer Dubois spreekt niet zo goed Nederlands.
Hij is pas op latere leeftijd in Nederland komen wonen. Hij moet echter een aantal zaken regelen met de gemeente en met de woningbouw. Omdat hij de documenten niet goed begrijpt en de formulieren niet volledig kan invullen, lukken aanvragen niet, vanwege ontbrekende gegevens. Meneer is niet zo mobiel en heeft moeite met het bezoeken van officiële instanties. Hij vergeet regelmatig zijn afspraken of komt ergens te laat.
Een MATS-er gaat langs bij meneer en neemt de tijd om hem zijn verhaal te laten doen. Tijdens het gesprek wijst de MATS-er hem op veel voorkomende fouten in zijn taalgebruik en schrijft dit voor hem op, zodat hij ermee kan oefenen. Samen bespreken ze de te nemen stappen en de MATS-er zet op een rijtje wat meneer aan gegevens op moet zoeken. Er moeten ook pasfoto's gemaakt worden, maar meneer komt er niet toe om dit te doen. De MATS-er gaat daarom samen met meneer naar de pasfoto winkel en daarna naar de gemeente met de thuis ingevulde formulieren. Tevens informeert de MATS-er meneer over een laagdrempelige taalcursus, die hij kan volgen bij het Taalhuis in de ZB. Ook vertelt hij over het taalcafé dat daar elke maand gehouden wordt. Hij stimuleert meneer om daar ook naar toe te gaan voor het maken van nieuwe sociale contacten en het oefenen van de Nederlandse taal.